KAMPIOENSCHAP
KAMPIOENSCHAP
Nog vijf dagen, en 2017 is definitief verleden tijd. Begin augustus trokken de zijspanrijders op jaarlijkse uitstap richting Baltische Staten. Eerst kwam Letland (Stelpe) aan de beurt. De week erna stond Estland (Kivioli) op de rol. De Belgische inbreng in het WK was ondertussen héél sterk terug gelopen. Daar waar op de openings Grand Prix in Oldebroek begin april, nog elf Belgische teams aan de start van de kwalificaties stonden, bleven er nu nog amper . . . drie over ! Ook Kristof Santermans was er niet meer bij. De handblessure speelde hem té veel parten om op een verantwoorde manier te kunnen motorsporten. In Stelpe namen 37 teams deel aan de kwalificaties, die geen noemenswaardige problemen opleverden voor onze drie Belgen.
Het was ruim 25 jaar geleden dat de driewielers nog es om de WK punten hadden gestreden in Oostenrijk. De laatste keer dat we er waren, was 1989, in Feldkirch. Toen moest de wedstrijd halverwege worden stopgezet omwille van de regen en de modder. Anno 2017 is er aan het weer in elk geval weinig veranderd in Oostenrijk, denigrerend ook wel es ‘het regengat van Europa’ genoemd. In Möggers regende het eind juli, de dagen voor de Grand Prix aldaar dàgen aan een stuk, met hoeveelheden van wel 50 liter per dag. Het circuit , rennerspark en parkings, het zag er allemaal even troosteloos en verzopen uit, en geen mens gaf er een cent voor dat de wedstrijd zou doorgaan. Maar zie, de wonderen zijn de wereld nog niet uit. Pas vrijdagnamiddag hield het op met regenen, in allerijl werd de laatste hand gelegd aan het cricuit – er werd zelfs ’s nachts door gewerkt - en op zaterdag en zondag scheen de zon volle bak boven Oostenrijk.
Tijdens de vrije trainingen werd de modder van de baan gereden, enkele shovels deden de rest en op zaterdag namiddag gingen onder een stralende zon, en voor de ogen van een flink pak toeschouwers de kwalificaties van start.
De laatste weken van december. Het zijn dé weken bij uitstek waarin wij overspoeld worden door terugblikken en jaaroverzichten allerhande. Wij van sidecarcross.be doen er in onze 15de jaargang graag nog een schepje bovenop, en blikken dagelijks – uiteraard met een Belgische bril – terug op het WK van het afgelopen jaar. Op Kerstdag zijn we aanbeland bij dag 7, en kijken we terug naar de Grand Prix van Strassbessenbach (D ). Een mijlpaal in de verslaggeving van de zijspancrosssport ! Sedert begin 2017 verscheen WSC, een Tsjechische filmcrew , in het straatbeeld van het WK zijspancross. De reportages die deze jongens maakten waren van een nooit eerder gezien niveau in de zijspancrosswereld. Ook de nieuw opgestarte website www.fimsidecarcross.com bracht alles wat de mondiale zijspancrosser wenste. De zijspancrosswereld die reeds jaren zat te schreeuwen om meer media aandacht, werd door WSC op haar wenken bediend ! . WSC zette overigens forse stappen voorwaarts , en na een aarzelende poging in Lommel, was WSC klaar om vanaf Strassbessenbach de Grand Prix wedstrijden zijspancross live te streamen via het internet. Strassbessenbach, een mijlpaal binnen het WK zijspancross, dat in 1996 al es zijn GP live zag uitgezonden via Eurosport, was dé plek bij uitstek om 20 jaar later de driewielersport opnieuw live in de huiskamers te brengen.
Op een vredige kerstmiddag, waarop zijspancrossland in een diepe winterslaap ligt, lijkt het ons het uitgelezen moment om es terug te blikken op de tentoonstelling ‘Roger Vanlerberghe . . . 60 jaar later’ , die in november in het kleine Westvlaamse dorpje Klerken werd georganiseerd. De tentoonstelling werd opgedragen aan de lokale Roger Vanlerberghe, 94 jaar jong én in blakende gezondheid. Vanlerberghe is de oudste nog in leven zijnde Belgische motorcrosskampioen. De laatste der Mohikanen ! Vanlerberghe werd 60 jaar geleden, in 1957 , Belgisch kampioen zijspancross BMB. Na enkele vice Belgische titels, was het voor Vanlerberghe , in 1957 raak. Daarvoor diende hij wel af te rekenen met de grote namen uit die tijd, zijnde Karel Dom, Pierre Frenay, maar vooral Leon Liekens , die ondertussen allen helaas reeds het tijdige voor het eeuwige hebben ingewisseld. Vanlerberghe werd in 1924, kort na WO I geboren, en de barre naoorlogse tijden dreven hem als kind, samen met zijn ouders naar Canada. Halverwege de jaren ’30 keerde het gezin terug naar het geboortedorp Klerken, en verspeelde tijdens WO II het grootste deel van hun bezittingen aan de bezetter. Vanlerberghe was - en is - echter een Westvlaamse koppige doorzetter, en stampte eigenhandig, naast een bloeiende zelfstandige zaak, ook een rijk gevulde motorcross carrière uit de grond.
Sidecarcross.be telt de laatste 14 dagen van het jaar af, naar 2018. En alsof de duivel ermee gemoeid is, exact op kerstavond komen we terecht bij de Grand Prix van België, georganiseerd door het fel getergde MC Maasland. Toch blijven deze mannen doorzetten , vaak tegen beter weten in, maar steeds met passie en het zijspan motorcrosshart op de juiste plaats. Chapeau MC Maasland ! In juli 2017 moest MC Maasland, noodgedwongen opnièuw uitwijken. Na Neeroeteren en Genk, kwam men terecht in Lommel. Niet meteen het circuit waar je aan gaat denken , als je als zijspancrosser graag plezier beleeft aan het zijspanrijden. De Lommelse Sahara, zo wordt het gebied daar genoemd. Dat zegt genoeg. Enfin, de Nederlanders waren er alvast niet rouwig om. Een extra zand Grand Prix erbij. Een geschenk dus voor onze noorderburen, die na afloop het volledige dagpodium bezetten. Gelukkig scheen er ook voor ons Belgen voldoende licht aan het eind van de Lommelse tunnel. De organiserende MC Maasland kreeg voldoende publiek over de vloer, en sloot het weekend af met een tevreden gevoel. Voor de Belgische rijders gold grotendeels hetzelfde.
De omgekeerde wereld, dat is het minste wat je kunt zeggen over wat er de jongste jaren gebeurt in België ! Motorcross, het zou dé sport nummer één moeten zijn in België ! Maar liefst 56 wereldtitels werden er door Belgen behaald . Zou er één sport zijn waarin de Belgen het ooit beter hebben gedaan ? De jongste Belgische wereldtitels kwamen op naam van Joris Hendrickx (2009) , Ben Adriaenssen (2013 en 2014) en Jan Hendrickx (2016).
56 wereldtitels ! Elk zichzelf respecterend land zou er alles aan doen om hiermee te pronken, ermee naar buiten te komen, én de sport op waardige wijze te ondersteunen. De motorcross zou eigenlijk, naast de Belgische frieten, de chocolade en Manneken Pis, hét uithangbord moeten zijn van België naar het buitenland toe ! Maar nee hoor. In België gebeurt precies het omgekeerde. Men probeert er met alle mogelijke middelen de motorcross-sport kapot te maken !
Het eerste weekend van juli troffen de zijspancrossers elkaar in Frankrijk, in het Bretoense godvergeten Iffendic. Dààr wachtte de rijders een circuit om U tegen te zeggen. Iffendic heeft een zeer rijke motorcrossgeschiedenis, en sedert een zestal jaar zijn ook de zijspannen er - na een onderbreking van vijftien jaar – terug kind aan huis. Slechts 35 teams tekenden present op deze prachtige locatie. De Est Kert Varik kreeg de prijs voor de verst komende deelnemer : 3000 km vanuit Tallinn naar het Franse Bretagne.
De week voorafgaand aan de Grand Prix, was bekend geraakt dat Etienne Bax en Daniël Willemsen hun punten van de GP van Chaumont opnieuw dienden in te leveren, wegens een positieve benzinetest. Dit bracht onverwachts thuisrijder Valentin Giraud ruim aan de leiding van het WK. Giraud slaagde er echter al meteen in zijn riante voorsprong in Iffendic quasi geheel door de vingers te laten glippen. Dit alles maakte voor de Belgen weinig of niets uit.
Nog 10 dagen en het jaar 2017 zit er op. En 10 juni, dat was de dag waarop in Kegums (Letland) de kwalificaties werden verreden voor de Grand Prix aldaar. Inderdaad, na het ‘verre’ Chaumont, kregen de heren zijspanrijders een week later een retourtje Letland voor de wielen geschoven.
De organisatie in Kegums was in handen van ex-wereldkampioen Kristers Sergis. Motorcrossers zijn tijdens hun actieve carrière vaak heel gul met - meestal goed bedoelde - aan- en opmerkingen over de aanleg en het onderhoud van de omlopen. Slechts weinigen pakken nà hun carrière daadwerkelijk de koe bij de horens om dan es zélf te tonen hoe het nu eigenlijk moét, zo’n Grand Prix organiseren. Kristers Sergis is een zeldzame uitzondering op de regel, maar werd allerminst beloond voor zijn inzet voor de zijspancrosssport. Buiten de spreekwoordelijke twee man en een paardenkop, was er van publiek totaal geen sprake in het eens zo druk bezocht Kegums. Het was pijnlijk om zien !
Na drie weken rust kreeg het WK zijn vervolg in het Franse Chaumont, vlakbij de Zwitserse grens, in de Savoie-streek, waar nooit eerder een Grand Prix werd verreden. De organisatoren o.l.v. ex-zijspancrosser François Gaillard, hadden er alles aan gedaan om er een pracht organisatie van te maken. De weersvoorspellingen waren echter erbarmelijk slecht ! Toch scheen op zaterdag volop de zon,,en werden de trainingen afgewerkt in stoffige omstandigheden. In de late namiddag , tijdens de kwalificaties viel de regen met bakken uit de lucht, en dat bleef de ganse nacht voort duren. Dit had gelukkig weinig invloed op de rotsachtige bodem, en op zondag kenden de wedstrijden een normaal verloop.
Op de terugweg van Oekraïne, konden de ‘Westerse’ rijders halt houden in het Tsjechische Kramolin. Het deelnemersveld was meer dan verdubbeld (!) tegenover een week eerder in Oekraïne : Liefst 52 teams passeerden de technische controle, en wilden graag hun kans wagen op het supersnelle old school motorcrosscircuit vlakbij het historische stadje Nepomuk. In Kramolin, waar in het verleden ook reeds verschillende wedstrijden werden gehouden om het wereldkampioenschap trial, moet je als zijspancrosser een groot hart hebben, om achterin het circuit op volle snelheid het dal in te jumpen, en te hopen dat , beneden gearriveerd, je remmen het niet begeven.
Van de negen thuisrijdende Tsjechische teams, overleefden er vier de kwalificaties. De broers Cermak hadden in eigen land helemaal de rol overgenomen van de gestopte broers Rozehnal. Ook de Belgen waren met negen aanwezig in Kramolin, waarvan er zich mooi acht wisten te kwalificeren, zodat bijna de helft van het startveld op zondag, er uit Belgen en Tsjechen bestond.