KAMPIOENSCHAP
KAMPIOENSCHAP
KAMPIOENSCHAP
CHRISTOPHE EN ANDREAS HUSSER : WERELDKAMPIOEN NUMMER VIJF.
Veertig jaar wereldkampioenschap zijspancross, van 1980 tot 2020. Van een feestelijk jubileumjaar kwam echter niks in huis. Een Chinese vleermuis verbrodde het feestje. Ook een jaar later,blijft het nog eventjes wachten op een eventuele heropstart van het wereldkampioenschap. In landen als Litouwen, Italië, Estland, Letland en Tsjechië zijn de nationale competities reeds heropgestart. In België en Nederland blijft het nog even wachten. Ondertussen hebben Nederlandse en Belgische zijspancrossers in steeds groter wordende getale – eindelijk- de schitterende trainingsmogelijkheden van de Noordfranse circuits ontdekt. Je hoeft heus niet richting Italië of Spanje te trekken om geschikte trainingscircuits te vinden, in Noord Frankrijk liggen ze gewoon voor het rapen. Een schril contrast met wat in eigen land mogelijk is. In afwachting van een heropstart van de WK-competitie,blikken we bij www.sidecarcross.be geregeld terug op veertig jaar WK-geschiedenis. Een jubileum dat we niet graag onopgemerkt laten voorbij gaan. Na de allereerste officiële zijspanwereldtitel voor de Duitsers Bohler-Muller in 1980,en daarna eentje voor onze noorderburen Van Heugten-Kiggen in 1981 ,volgde een jarenlange Zwitserse machtsgreep in het WK zijspancross. In onze vorige afleveringen las u het verhaal over de twee wereldtitels van Bollhalder-Busser ( ’82 en ’83 ) en de vier van Bachtold-Fuss (’84 , ’85, ’86 en ’87 ). In 1988 waren laatstgenoemden er niet meer bij, maar dat verminderde de Zwitserse kansen op succes geenszins.
Met Fuhrer- Stettler, Graf – von Rotz, de broers Huwyler én de tweelingbroers Hüsser bracht Zwitserland bij aanvang van het seizoen 1988 maar liefst vier ijzersterke titelkandidaten in de arena. Het tijdperk van de zware tweecilinder viertakten was definitief voorbij, en ook de snerpende tweecilinder tweetakten van o.a. Jumbo en Folan hadden de markt niet weten te veroveren. Anno 1988 werd er gezijspancrosst met gepimpte ééncilinder tweetakten uit de solo-klassen : Op de startlijsten zag je vooral de merknamen KTM , Honda, Maico en Kawasaki verschijnen. De Zwitserse tweeling Christophe en Andreas Husser was een jaar eerder, in 1987, reeds 33 jaar jong toen ze mekaar eindelijk vonden. Christophe Husser had er toen reeds een solo-carrière van ruim tien jaar op zitten in het WK 500 cc. Met bescheiden resultaten weliswaar. Broer Andreas, die reeds op jonge leeftijd als zijspan co-piloot aan de slag was gegaan de zijde van o.a. Robert Grogg en de Engelsman Terry Good, had met rijder R. Grogg in 1977 en 1978 de Europese titel (de voorloper van het WK) gepakt, maar bleef de jaren daarna steeds op zijn honger zitten. In 1987 sprong de Husser-tweeling voor ’t eerst samen op een zijspan, en tot ieders verbazing sleepten zij in hun debuutjaar meteen een vijfde plaats in de WK-eindstand uit de brand. Van een binnenkomer gesproken !
De eerste Grand Prix van het seizoen 1988 werd verreden op het Spaanse vakantie eiland Ibiza,een week later werd er in Portugal gezijspancrosst. De Hüssers namen meteen de WK-leiding in handen, liepen in het Belgische Betekom verder uit,maar moesten in het Hollandse zand in Lochem opnieuw inleveren. Thuisrijders Muller-van Heek naderden tot op tien punten ! In augustus schreef de Hüsser-twin ook de GP’s van Tsjechoslowakije en Zwitserland op hun naam, en met zestig punten voorsprong gingen de 33-jarige broers de drie slotwedstrijden tegemoet. Bij concurrent August Muller strandde de samenwerking met zijn co-piloot Henk van Heek, kwam André Godschalk in de plaats, en hield de Hollandse dubbele vice-wereldkampioen het uiteindelijk voor bekeken. Hüsser werd berekend tweede in Oostenrijk, en stelde tijdens de voorlaatste Grand Prix begin september in Engeland de wereldtitel veilig. De slot Grand Prix in het Italiaanse Arco di Trento was er eentje om rustig uit te bollen. De tweeling Christophe en Andreas Hüsser genoten er met volle teugen van hun eerste wereldtitel. Zij zijn tot op de dag van vandaag de enige tweeling die er ooit in slaagde om wereldkampioen te worden in het zijspancrossen. Onze Luc Descheemaeker , in 1988 rijdend met André Visser, was eens te meer onze beste Belgische vertegenwoordiger in dit WK en eindigde 18de.
In 1989 begon het WK begin april in het Britse Frome. De Hüsser-broers zwaaiden er meteen de plak. In Lochem (NL) , Aalborg (DK) en Imatra (FIN) volgden drie zandbanen,waar de Zwitsers flink wat moesten inleveren. Plots zaten de twee jonge opkomende Hollandse equipes Janssen-Geurts van Kessel en Timmermans-Verhagen de Zwitsers op de hielen. Eind juni,in het Italiaanse Laveno Mombello – met zicht op het Lago Maggiore - konden de Hüssers zich herpakken. In Frankrijk en Zwitserland werd niet gewonnen, maar werd wél twee keer binnen de top drie gefinisht. Ook regelmaat loont ! Na een maand pauze, hervatte het WK begin augustus in het Duitse Schopfheim. Hüsser won de Grand Prix en sloeg de concurrentie knock out. Een week later waren,net als een jaar eerder,opnieuw 25 000 – waaronder heel veel Oostduitse – toeschouwers afgezakt naar het Tsjechoslowaakse Oubenice waar Christophe en Andreas Hüsser de wedstrijd wonnen én hun tweede wereldtitel definitief veilig stelden ! De slot Grand Prix eind augustus in het Oostenrijkse Feldkirch Tosters verzoop in de regen en de modder. De eerste manche werd na vijf chaotische ronden, afgebroken en geannuleerd. De tweede manche werd afgevlagd na 25 minuten geploeter. Noorderburen Benny Janssen en Eimbert Timmermans werden gehuldigd als eerste en tweede . In de WK-eindstand waren ze tweede en derde na de Zwitserse Hüsser-tweeling. Beste Belgen in 1989 waren WK-debutanten Eddy Ramon en Danny Goethals met een veertiende plaats. Na de steile opgang en de dubbele wereldtitel,was het rijk van de Hüsser-broers echter uit. In 1990 begonnen de wereldkampioenen matig aan het WK en viel co-piloot Andreas na enkele wedstrijden geblesseerd uit. De jaren erna volgden de invaller-bakkenisten mekaar in snel tempo op, doch succes was niet meer weg gelegd voor de immer verder strijdende Christophe Hüsser. In 1993 stapte ,ten einde raad, zelfs tweelingbroer Andreas opnieuw in het bakje bij broer Christophe. Ook dàt bracht geen soelaas. Beiden naderden inmiddels de leeftijd van veertig jaar,en tegen het jonge opgestane geweld was absoluut geen kruit gewassen. Dubbelwereldkampioen Christophe Hüsser rondde zijn WK-carrière af in 1996 ,op een anonieme vierentintigste plaats. De Hüsser broers zijn anno 2021 nog steeds graag geziene toeschouwers en jaarlijks op de afspraak tgv de Zwitserse Grand Prix. (foto's FB, Rinie vd Steen, N. Martin , M. Bauer, J. Hejnal, Moto Level)